Veel werkgevers maken gebruik van de mogelijkheid om een concurrentie- of relatiebeding op te nemen in de arbeidsovereenkomst. Het doel hiervan is om er voor te zorgen dat uw belangrijke medewerkers niet zomaar gaan werken bij de concurrent. Wel zijn er een aantal spelregels waar u zich aan moet houden om met succes het concurrentie- of relatiebeding te kunnen laten gelden.
Concurrentiebeding
Indien u één van bovenstaande bedingen overweegt, is het belangrijk om na te gaan welke het beste bij de werknemer en zijn functie past. Bij een concurrentiebeding mag de werknemer niet bij een bedrijf aan de gang die als uw concurrent beschouwd wordt. Ook indien de werknemer getekend heeft kan hij dit beding altijd nog aanvechten bij een rechter. De rechter kijkt dan altijd of de zwaarte van het beding in verhouding is tot de functie van de werknemer. Verder kijkt hij nog naar de positie van de werknemer en in hoeverre deze afhankelijk is van de bedrijfstak waarin hij werkzaam is en ook met de carrièremogelijkheden wordt er rekening gehouden.
Werknemer
Een concurrentiebeding kan best belastend zijn en het kan zijn dat de werknemer er niet mee akkoord gaat. In sommige gevallen kunt ook beter kiezen voor een relatiebeding. In dit beding staat benoemd dat de werknemer wel bij een concurrerend bedrijf mag gaan werken maar geen contact mag opnemen met uw relatie. Dit laatste is helaas wel moeilijk te bewijzen, zeker nu er tegenwoordig veel gebruik gemaakt wordt van netwerken via social media zoals LinkedIn en Twitter.
Schriftelijk
Een concurrentie- of relatiebeding moet schriftelijk zijn aangegaan. Het moet dus benoemd worden in de arbeidsovereenkomst of in een personeelshandboek. Indien u gebruik maakt van de laatste mogelijkheid is het wel belangrijk dat de werknemer er voor tekent dat hij dit ook daadwerkelijk gelezen heeft. Verder is het belangrijk om te weten dat het concurrentie- of relatiebeding niet automatisch verlengd wordt indien de arbeidsovereenkomst stilzwijgend verlengd wordt.